Goede mensen is een verontrustende roman over redelijk denkende, goed opgeleide mensen, een ambitieuze reclameman uit Berlijn en een jonge vrouw uit een intellectueel gezin in Leningrad. De twee laten zich, niet uit kwade wil maar uit lijfsbehoud, meezuigen door het regime waartoe ze toevallig behoren: dat van Hitler en dat van Stalin, en zien zich gedwongen tot het maken van foute keuzes. Het boek speelt zich af tussen de Kristallnacht (1938) en de Duitse inval in de Sovjet-Unie (1941). Het is geschreven met aandacht voor de grote lijnen maar tevens voor de schijnbaar alledaagse details, waardoor je je als lezer ook meegezogen voelt worden. Het lijkt alsof je zelf op straat loopt tijdens de Kristallnacht, en soms betrap je je tot je eigen schrik plotseling op enige sympathie voor een nazi of voor een stalinist.
Lees hier het eerste hoofdstuk.