Gury Douma neemt afscheid van Dynamo
Hilde Pach
‘Nee, ik ga niet met pensioen.’ Gury Douma (64) geeft het antwoord niet voor het eerst. Ze trad in 2004 aan als directeur van de Stichting Maatschappelijke Dienstverlening en Samenlevingsopbouw Oost (MDSO) en geeft sinds 2007 leiding aan Dynamo, de welzijnsorganisatie die is voortgekomen uit drie organisaties in de voormalige stadsdelen Oost en Watergraafsmeer. ‘De laatste jaren voor mijn pensioen wil ik nog wat anders doen,’ zegt Gury. ‘Misschien iets met klimaat of duurzaamheid, iets waar ik van toegevoegde waarde kan zijn.’ Sinds 1 juni werkt ze haar opvolgster Jael van der Heijden in (zie kader). Op 1 juli vertrekt ze definitief.
Gury’s studiekeuze, culturele antropologie, gevolgd door een opleiding voor ontwikkelingshulp in Deventer, wees niet direct naar het welzijnswerk. ‘Ik heb voor het Koninklijk Instituut voor de Tropen onderzoek gedaan in Kingston, Jamaica. Mijn man is meegegaan. Het onderzoek doen vond ik heel leuk, maar we vonden de gemeenschap van ontwikkelingswerkers te veel een aparte enclave; dat paste niet bij ons. Toen zijn we teruggekomen en ben ik bij de Nestheaters gaan werken. Niet echt mijn vakgebied, maar ik heb daar wel geleerd te organiseren. Het was een leuke tijd. Bovendien was het goed te combineren met het opvoeden van kleine kinderen.’
Bewonersplatform
Gury was ook als vrijwilliger actief in haar eigen buurt, de Watergraafsmeer. ‘Ik nam via het Wijkopbouworgaan deel aan een bewonersplatform, dat plannen voor de buurt beoordeelde. Je mocht meebeslissen en kreeg een eigen budget. Zo kreeg je het gevoel dat je invloed had op het beleid.’ Dankzij haar contacten in het welzijnswerk vond Gury een baan in de Transvaalbuurt, en een paar jaar later kwam de functie van directeur van MDSO vrij: ‘Ik had die ambitie helemaal niet, maar kreeg toch het advies het te proberen, omdat ik altijd wel ideeën en meningen had. Ik heb toegezegd het voor een half jaar te doen.’ Dat halve jaar werd uiteindelijk zeventien jaar, waarin Gury het nodige zag veranderen. Na de fusie van de stadsdelen Oost en Watergraafsmeer in 1998 moesten ook de welzijnsinstellingen fuseren. In 2007 ontstond er één organisatie, Dynamo. De twee welzijnsstichtingen en MDSO werden samengevoegd, zonder de kinderdagopvang, die al in 2005 was afgesplitst.’
Wie de website van Dynamo bekijkt, staat versteld van het enorme, aantrekkelijke aanbod, van voorscholen voor peuters tot cursussen over financiële administratie, van de Talententent voor kinderen tot Meer Bewegen voor Ouderen, niet alleen in Oost, maar ook in andere stadsdelen. Uiteraard is Dynamo er niet alleen voor de gezelligheid. Zoals op de homepage staat: ‘Dynamo helpt bewoners om actief mee te doen aan de samenleving. Zodat niemand aan de kant hoeft te staan. Amsterdammers die mee willen doen in de buurt of die hulp nodig hebben, kunnen terecht bij Dynamo. Dynamo beweegt tot meedoen!’
Doorgeschoten
Iets wat een groot stempel op Gury’s loopbaan heeft gedrukt is de Wmo, de Wet maatschappelijke ondersteuning uit 2007 (herzien in 2015), die regelt dat ouderen en mensen met een beperking met ondersteuning van de gemeente zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Dynamo levert hieraan een belangrijke bijdrage. ‘De verzorgingsstaat was doorgeschoten,’ zegt Gury. ‘Mensen stelden zich te afhankelijk op. De overheid hoeft niet álles voor hen te regelen. Het gevoel dat je verantwoordelijk kunt zijn voor je eigen leven is bepalend voor je geluk. Het heeft wel lang geduurd voordat dat idee vorm kreeg. Willem-Alexander zei in 2013 in de Troonrede: “We gaan van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving.” Daar ontstond toen veel commotie over, maar het stond al in de Wmo.’
Hoewel Gury best tevreden is over wat zij en haar medewerkers de afgelopen jaren tot stand hebben gebracht, loopt nog niet alles soepel. ‘Waar het echt om gaat, is investeren in wat de burger zelf kan en wil bijdragen. Mensen lopen daarbij vaak stuk op wat ik “handelingsverlegenheid” noem. Ze hebben wel ideeën, maar ze weten niet waar ze moeten aankloppen. We streven al jaren naar één loket, maar er zijn nog steeds een heleboel loketten. We hebben het sociale domein omgekeerd georganiseerd, we kijken te veel naar het topje van de piramide en te weinig naar het fundament. Als de fundering niet deugt, komen mensen onnodig in dure zorg terecht.’
Buurtteams
Om mensen meer wegwijs te maken in hulpverleningsland zijn dit jaar de buurtteams in het leven geroepen. In elke buurt is een gemakkelijk toegankelijke locatie waar mensen voor allerhande vragen over maatschappelijke dienstverlening terechtkunnen. De organisatie van de buurtteams werd aanbesteed en in Oost is gekozen voor Dynamo, in samenwerking met vier andere organisaties voor sociaal-maatschappelijke zorg. ‘We hopen nu dat de focus komt te liggen op de mensen en niet op de organisaties,’ zegt Gury. ‘Het idee is dat een cliënt contact houdt met één hulpverlener en dat specialisten indien nodig naar hem of haar toe komen, zodat mensen niet van het kastje naar de muur worden gestuurd.’
De opstart van het buurtteam was Gury’s laatste grote klus. En dat in een tijd die toch al veel energie en improvisatietalent vergde vanwege de coronapandemie. ‘Ik ben er trots op dat we de dienstverlening grotendeels hebben kunnen laten doorgaan. Zo bleek dat bij de jongeren, van wie we altijd dachten dat ze zo digitaal zijn, de behoefte aan fysiek contact het allergrootst was. Ze wilden ons in de ogen kijken. Dat signaal is bij de burgemeester terechtgekomen en die heeft een experiment toegestaan, waarbij er vier jongeren per keer in het jongerencentrum konden. Uiteindelijk is het door iedereen overgenomen.’
Er kwamen ook allerlei nieuwe initiatieven. ‘Onze buurtrestaurants moesten dicht. Toen zijn de medewerkers begonnen met het koken en bezorgen van maaltijden voor mensen over wie hulpverleningsinstanties zich zorgen maakten. En nog belangrijker dan het uitreiken van de maaltijden zelf is het contactmoment: even een praatje maken.’
Gury vertrekt met een gerust hart. ‘Alles staat er. Ik ben opgevoed om dienstbaar te zijn aan de samenleving. Maar je moet mensen wél de kans geven zelf hun leven vorm te geven. Met die gedachte draag ik het stokje over aan mijn opvolgster.’
[KADER]
Jael van der Heijden
‘Eigenlijk ben ik econometrist. Ik heb even in het bedrijfsleven gewerkt en ben sinds achttien jaar actief in de ontwikkelingssamenwerking, onder andere bij Oxfam Novib en tot voor kort bij Dance4Life, een organisatie die jongeren in staat stelt om gezonde en eigen keuzes rondom seksualiteit te maken. Mijn motivatie is altijd geweest om mensen de regie te geven over hun eigen leven.
Bij Dance4Life heb ik de fusie met Rutgers, kenniscentrum voor seksualiteit begeleid. Bij Dance4Life werkten we in dertien landen, maar nu vind ik het gaaf om de overstap te maken naar de wijk, om dicht op het werk te zitten. Ik ben me steeds meer druk gaan maken over de groeiende ongelijkheid in Nederland en in Amsterdam. Meedoen in de maatschappij wordt steeds complexer.
Toen ik solliciteerde bij Dynamo, vond ik het meteen een organisatie naar mijn hart. De drijfveer is ook hier dat je uitgaat van de kracht van de mensen zelf. Het werken aan de sociale basis is zo cruciaal. Vooral de preventiekant is belangrijk. Ik zou bij Dynamo de impact van het werk nog meer zichtbaar willen maken. Hoe brengen we goed in kaart wat we eigenlijk doen? Als we kunnen laten zien dat ons werk zorg voorkomt, is dat voor iedereen goed. In de eerste plaats voor de cliënt zelf, maar daarnaast bespaart het kosten, ook bijvoorbeeld voor verzekeringsmaatschappijen.
Ik ben nu 47. Gury vertelde me dat ze net zo oud was als ik nu toen zij hier begon. Of ik net zo lang blijf als zij? Ik verbind me wel graag voor langere tijd, dus wie weet.’
Dit artikel verscheen oorspronkelijk in Dwars door de buurt 222 (juli 2021). Hier kun je het artikel als PDF lezen.